Het GDL heeft de Globale Architectuur Schets (GAS) opgesteld, die door de Stuurgroep van het GDL is goedgekeurd. Voor de toepassing van de GAS in praktische use-cases heeft het GDL drie pijlers gedefinieerd:
- Het opzetten van een samenwerking
- De vrijgave van data die noodzakelijk is om de use-case te laten werken
- De technische wijze waarop de data wordt gedeeld
Aanvullend op de GAS en de drie pijlers heeft het GDL de “10 geboden” gedefinieerd. Deze “10 geboden” moeten de partijen die de GAS toepassen, handvatten bieden bij het inrichten van de uitwisseling van data die nodig is om de use case daadwerkelijk werkend te krijgen.
Toepassing in de Use Case SIDO
In de use case “Samenwerken in de Ondergrond” (SIDO) worden de drie pijlers en de “10 geboden” toegepast. De scope binnen deze use case betreft de data die nodig is in het planningsproces dat gezamenlijk door gemeenten en netbeheerders wordt uitgevoerd. Bij het toepassen van de drie pijlers kunnen de 10 geboden als hulpmiddel dienen om vraagstukken mee te (helpen) oplossen.
De 10 Geboden
- Federatief datastelsel
Partijen die samenwerken en daarbij hun data delen, doen dat in gelijkwaardigheid. Er is geen ‘centrale partij met zeggenschap’ die bepaalt wie wordt toegelaten; elke partij bepaalt voor zichzelf welke anderen toegang mogen hebben. Het is een samenwerking van onafhankelijke partijen, waarbij samenwerkingspartners afspraken maken met elkaar. - Data-bij-de-bron
Partijen blijven de baas over hun eigen data, beheren die zelf en stellen deze beschikbaar voor de samenwerking(en) waarin zij deelnemen (of zelfs aan iedereen die daarin geïnteresseerd is). Door data niet heen en weer te kopiëren, maar rechtstreeks te raadplegen bij de bron, wordt de actualiteit voor de gebruikers gemaximaliseerd. Bovendien behoudt de bronhouder zicht op het gebruik van de data. - Initiële focus op plandata
Op dit moment worden er tussen samenwerkende partijen nog geen details van alle ondergrondse assets gedeeld. De focus ligt op het inzichtelijk maken van plan-gebieden en -initiatieven, zodat koppelkansen benut kunnen worden. Dit biedt een veilige manier om ervaring op te doen met deze vorm van samenwerking en te leren van de effecten. Veel partijen hebben nog weinig ervaring met het permanent delen van vertrouwelijke interne (bedrijfsvertrouwelijke) data met andere. Dit levert waardevolle kennis op voor het gdl. Deze generieke kennis kan later bij andere use cases worden ingezet - Uitbreidbaar met andere use cases
Het doel is dat zowel de wijze van het opzetten van samenwerking als de data-deling opschaling mogelijk maken (meer deelnemers, meer data-elementen) en uitschaling ondersteunen. Het gebruik van dezelfde data in andere business cases, zoals netcongestie, kritieke infrastructuren, graafschade, etc is dan ook mogelijk. - Community en hubs
Concrete samenwerking – de afstemming van plannen – vindt in een bepaald gebied plaats tussen een eindig aantal partijen; een lokale ‘hub’. Op een andere plek kan ook een hub ontstaan, vaak met deels dezelfde en deels andere partijen. Het idee is dat er tussen de hubs behoefte zal zijn aan onderlinge afstemming, wat via de community van hubs kan plaatsvinden. - Ruimte voor marktoplossingen
Als data op uniforme wijze beschikbaar is (vanuit bronnen die vaak een eigen dialect spreken), kunnen marktpartijen slimme oplossingen bouwen die gebruik maken van deze data. Het gebruik van slimme (deel)oplossingen (‘best of breed’) wordt eenvoudiger omdat de data geüniformeerd is. De uniformiteit van de data wordt gegarandeerd door partijen te wijzen op standaardisatie instituten zoals Geonovum en DigiGO. - Geen vendor lock-ins
Door de data los te koppelen van de applicatie (bruikbaar te maken, ongeacht de applicatie waarmee je dat doet), kan elke deelnemer in een samenwerking autonoom keuzes maken voor applicaties, waardoor er geen vendor lock-in ontstaat. - Non-intrusive
Een oplossing om de data te laten stromen tussen de samenwerkingspartners mag geen zware inbreuk maken op het IT-landschap van de samenwerkende partijen. Dit voorkomt lange implementatietijden en te grote afhankelijkheden. De hulpmiddelen voor data-uitwisseling moeten flexibel inzetbaar zijn en eenvoudig in gebruik kunnen worden genomen of beëindigd. - Veiligheid, authenticatie, verificatie
Er moeten goede veiligheidsmaatregelen worden getroffen. Dit omvat zowel organisatorische als technische aspecten, zoals het zorgen voor geautoriseerde toegang tot data, het voorkomen van onderschepping, en het garanderen van traceerbaarheid (auditeerbaarheid en logging). - Principieel besluit voor data-deling
Het besluit om ‘intern-vertrouwelijke’ data te delen met andere organisaties is technisch niet ingewikkeld, maar wel een principieel besluit, vooral de eerste keer. GDL biedt hier een faciliterende rol en deelt haar kennis om het onder de goede condities te kunnen starten.